“Toen ik opa in zijn kist zag liggen dacht ik maar 1 ding:
Ik zou willen dat ik daar lag. ”De tranen stromen over haar wangen en haar hele
lichaam trilt. “Ik wil gewoon niet meer leven op deze manier.”
We zijn al tien jaar vriendinnen. Aan de buitenkant zie je
niets aan haar maar van binnen gaat ze kapot. Ze is mooi, slim, zelfstandig en
sportief. Maar wat heb je daar aan als je ‘s ochtends niet weet of je het einde
van de dag zal halen. Of je sterk genoeg bent om er niet tussenuit te piepen. Na
jarenlange lichamelijke ziekte waar ze zich dapper doorheen heeft geworsteld is
ze eindelijk weer gezond. Tenminste…haar lichaam is weer gezond. Maar haar
geest is geknakt. Ze is moe, kapot en depressief. Achtentwintig jaar jong,
dertig operaties doorstaan. Niet alleen haar darmen zijn verwijderd maar ook
haar vreugde in het leven is weggesneden.
“Ik weet dat ik mij weer goed voel als ik morfine slik maar
het mag niet van mijn psycholoog. Door de jarenlange pijnstillers ben ik verslaafd
geraakt aan morfine. Zonder dat stofje kan ik niet meer functioneren, wil ik
niet meer leven en is alles donker en grauw om mij heen. Ik leef niet meer,
besta enkel uit gedachtes. Constant die gedachtes hoe het zou zijn als ik er
niet meer ben en als ik rust heb.”
Ik houd haar vast. Probeer haar met mijn warmte te
verwarmen. Probeer haar energie te geven zodat ze weer een spoortje hoop zal
krijgen. Maar wat ik vast houd is een jonge vrouw waar geen vreugde of energie
meer in zit. Een slappe lappenpop.
“Als ik morfine op heb zie ik het leven weer zitten. Maar ik
stel iedereen teleur als ik de pillen weer bestel. Toch maalt het de hele dag door
mijn hoofd. Ik ken dealers van de straat die het binnen een uur voor honderd
euro kunnen komen brengen. Talloze keren heb ik dat al gedaan. Soms slikte ik
het maar vaak gooide ik het ongebruikt weer weg omdat ik wist dat ik het niet
moest nemen. Maar nu…nu is er maar een ding dat ik wil; dit niet meer voelen.
Dan maar dood.”
Afgelopen zomer ging het mis. Haar eerste poging tot
zelfdoding. Tientallen pillen geslikt. Godzijdank had haar tante een
voorgevoel, zij vond haar. Ze was gered. Enerzijds was ze blij want eigenlijk
wilde ze helemaal niet dood maar ze wilde geen leven meer met die depressie.
Als ze zich beter zou voelen in haar koppie had ze het nooit gedaan. Want vanuit
haar pure ik zit ze juist vol met levensvreugde. Maar ze is geknakt. De
verslaving aan morfine heeft haar in haar greep. Een verslaving waar ze nooit
zelf voor heeft gekozen maar die haar overkwam door de jarenlange noodzakelijke
morfine wegens haar ziekte.
“Er is maar een oplossing volgens mijn psycholoog. Opname. Afkicken.
Acht weken lang tussen de verslaafden en gekken. Maar ik wil niet weer uit de
maatschappij gerukt worden. Ik kan het niet meer.”
En zo zitten we uren dicht tegen elkaar aan te praten. Ik
kan niets voor je doen behalve naar je luisteren. Je troosten. Zeggen hoeveel
ik van je houd en hoe dapper ik het vind dat je mij alles eerlijk vertelt. Deze
week gaan we samen een plan maken. Of dat opname wordt of iets anders weten we
nog niet. Maar je geeft aan geholpen te willen worden. Wat ben ik trots op jou.
‘Lieve Carlijn. Het ging niet meer,’ las ik deze morgen in
mijn telefoon scherm ‘ik heb de dealer weer gebeld en zojuist mijn eerste pil
genomen. Ik voel mij gelijk weer beter.’
Ik weet het, het is volgens de artsen hartstikke fout. Je
moet van hun van die troep af.
Maar ik….ik ben stiekem blij want nu weet ik zeker dat je
vandaag in ieder geval overleeft. Vandaag zal ik geen naar telefoontje krijgen
dat je er niet meer bent. Voor vandaag ben je gered en morgen zien we wel weer
verder…..
ontroerend en gedeeltes herkenbaar.Wat geweldig dat jij er voor haar bent.❤❤
BeantwoordenVerwijderenontroerend en gedeeltes herkenbaar.Wat geweldig dat jij er voor haar bent.❤❤
BeantwoordenVerwijderen